Twaalf jonge acteurs strooien twaalf emmers zand over de vloer. Het geeft het podium de associaties van een strand, een arena, een piste of een kippenren. De dansers zijn soms stampvoetende volksstammen met grimassen, dan weer bewegen ze alsof ze aan Chinese ochtendgymnastiek doen. Het sprankelende, eerste deel van de dansvoorstelling We the People is – net als hun voorstelling Awake van verleden jaar – weer ijzersterk.
Erg leuk is de scène waarin de meisjes de jongens uitdagen en waarin die daar op hun eigen manier weer op ingaan. Het gebeurt met een bewonderenswaardige discipline, gedrevenheid en plezier. En op een perfecte geluidsband van Gaby Damude (DJ Lovesupreme). Het is een tot in de puntjes uitgevoerde groepsdynamiek: twaalf acteurs, allemaal even goed, die in razend tempo het publiek een reeks enerverende danssituaties opdienen zonder dat er ook meer eentje even de weg is kwijtgeraakt, aarzelt of een verkeerde beweging maakt.
Maar daarna het tweede deel: het experiment, een spannend keuze van de artistiek leiders Elike Roovers en Rutgers Esajas. De twaalf dansers schrijden allemaal langzaam over het toneel. Ze zetten allemaal tegelijk een volgende, bedachtzame stap op langzame, bijna ritmeloze muziek, waaronder een trompetsolo van Miles Davis en impressionistische piano.
Doordat hun voeten daarbij nauwelijks van de grond komen, schuiven ze door het zand. Een mogelijke slome indruk wordt weggenomen door hun rechte houding, uitstraling en hun blik: vaak zelfbewust, dan weer nadenkend, dan weer gedachteloos. Ze staren peinzend voor zich uit en kijken dan weer met onderzoekende blik naar het publiek. Hun kleding is zonder kleuren. Het publiek hoort de voeten schuifelen door het zand. Een enkele keer houden ze hun pas in zodat hun ademen hoorbaar is.
Er lijkt geen eind aan te komen. Dit tweede deel brengt de opwinding, snelheid en dynamiek terug naar een bijna-nulpunt. Slow moving in de zin van slow cooking, dikke boeken lezen, lange pelgrimstochten te voet, mediteren, bonsai-boompjes kweken. Geen verhaal, geen confrontaties, geen grimassen. Choreografie afgepeld tot stapvoets bewegen.
Het moet het publiek niet onberoerd laten. Maar dat laat zich moeilijk meten. Voor elke toeschouwer kan het anders uitpakken. Uw recensent was geïntrigeerd. Niet gehallucineerd. Vragen borrelden op, maar werden bezworen. Kanttekeningen geplaatst, maar uiteindelijk niet relevant genoeg bevonden. Rust daalde neder. Verveling lag op de loer, maar sloeg niet toe. De manier van hoe het twaalftal langs elkaar heen bewoog, werd eerst een puzzel, toen een brij en uiteindelijk één geheel waarin de individuele dansers opgingen. Plaats en tijd waren ver weg, maar hielden niet op te bestaan.
Foto: Moon Saris
De voorstelling Awake begint met tiental jongeren die zich ’s avonds uitkleedt om te gaan slapen. De voorstelling eindigt met het ochtendgloren. Maar in de nacht wordt er nauwelijks geslapen.
De nacht is hier een periode van grotere gevoeligheid voor stemmingen, angsten, verlangens en (waan)beelden. Het is een periode van onrust en duisternis. Er is weinig tekst, af en toe een spelscène, er is geen duidelijk verhaal – hoogstens wat losse eindjes. Wat er wel is, is een lange onophoudelijke reeks beelden en bewegingen. En die komt van de spelers: in uitputtende fysieke gezamenlijke sequenties, in solo’s en in alle mogelijke samenstellingen daartussen. Ze maken daarbij veelvuldig gebruik van hun zwarte slaapzakken: als cocon, als stootkussen, als vleugels, en natuurlijk ook als beddengoed. IJzersterk is de scène waarin ze allemaal staande in hun zakken – onherkenbaar doordat ook hun hoofd wordt bedekt – als zombies dezelfde bewegingen maken. Het is een angstaanjagend nachtelijk leger van aanvallers en slachtoffers tegelijk.
Die zwarte slaapzakken lijken een vondst, al worden ze soms ook een slome last bij de vaak hectische bewegingen. Gelukkig werpen de spelers ze op een gegeven moment van zich af en krijgen ze in hun loszittende slaapkleding vleugels, en een grenzeloze bewegelijkheid die aan alles behalve slapen doet denken. De rusteloze nacht wordt voor een goed deel gevuld met neurotische spasmen, dolen en soms met uitgesproken agressieve uithalen die refereren aan onvermogen en de donkere kanten van het bestaan.
Dingen die overdag nog wel kunnen worden gecontroleerd, steken ’s nacht onverbiddelijk de kop op. Er is een scène waarin een zoekende en weifelende speler (Ziggy Knel) door een duivelse mephistopheles (Christopher van der Meer) naar zijn diepste roerselen wordt ondervraagd. En die daar de spot mee drijft door zijn sardonische lach door een microfoon kracht bij te zetten en diep in ieders ziel na te echoën.
Dat de montagevoorstelling toch een eenheid heeft is te danken aan het duidelijke begin en einde en aan het feit dat alle spelers van begin tot eind op het toneel blijven. Hoewel ze allemaal in de nacht op zichzelf worden teruggeworpen, blijf je kijken naar een groep. De regisseurs Elike Roovers en Rutger Esajas slagen erin alle elementen van de voorstelling te doseren, zonder het enthousiasme en de torenhoge energie van de jonge spelers geweld aan te doen. De eenheid van de voorstelling is er niet in de laatste plaats ook door de schitterende en perfecte geluidsband van DJ Lovesupreme. Het loven van het geluid is hier geen zwaktebod. De techno zorgt ervoor dat de onrust, de losse eindjes van het verhaal, de grote variaties aan bewegingen – soms niet meer dan flarden – naadloos in elkaar overlopen als gedachten en dromen in de nacht.
Het ontbreken van een duidelijk verhaal heeft het risico dat de aandacht verslapt. Maar door de grote variatie aan bewegingen en beelden in deze voorstelling valt de aandacht nergens weg. De groep heeft bij het samenstellen van deze voorstelling kunnen putten uit een arsenaal aan mogelijkheden na een jaar repeteren en uitvinden. Dat jaar is niet tevergeefs geweest.
AT5 reportage over DEGASTEN
De voorstelling ‘Kooltjes Stelen heeft de voorpagina van het Parool gehaald!
Recensie in 8Weekly over ‘I like you a lot’.
Artikel in het Parool over DEGASTEN en de voorstelling ‘I like you a lot’ (10 okt 2014)
Artikel over DEGASTEN en talentontwikkeling in Amsterdam (najaar 2013) in de Westerpost (scroll naar pag 6)
Recensie videoblog Stuck in the middle with you (najaar 2013) op PITCrewAmsterdam
Recensie voorstelling ONE (najaar 2012) op Cultuurbewust.nl
Recensie voorstelling Family Affair (2008) op 8weekly
Artikel in NL20 over Jong RAST en voorstelling I don’t care
Artikel in Parool (2008) over Jong RAST
Wil je contact opnemen met DEGASTEN in verband met interviews, beeldmateriaal e.d. graag dan even mailen naar pr@theaterdegasten.nl